-
1 verschuldigd zijn
schulden -
2 verschuldigd zijn
borçlu olmak -
3 verschuldigd zijn
avoir une dette, devoir -
4 verschuldigd zijn
debe -
5 aan iemand verantwoording verschuldigd zijn
aan iemand verantwoording verschuldigd zijnbe accountable/answerable to someoneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > aan iemand verantwoording verschuldigd zijn
-
6 iemand (grote) dank verschuldigd zijn
iemand (grote) dank verschuldigd zijnVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand (grote) dank verschuldigd zijn
-
7 iemand eerbied verschuldigd zijn
iemand eerbied verschuldigd zijnVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand eerbied verschuldigd zijn
-
8 iemand iets verschuldigd zijn
iemand iets verschuldigd zijnbe under an obligation/indebted to someone, owe someone somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand iets verschuldigd zijn
-
9 rekenschap verschuldigd zijn aan
rekenschap verschuldigd zijn aanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > rekenschap verschuldigd zijn aan
-
10 veel verschuldigd zijn
прил.общ. (iem.) быть (кому-л.) многим обязанным -
11 verschuldigd
2 [waartoe men verplicht is] due♦voorbeelden:het verschuldigde geld • the money dueverschuldigde rente • interest duebij vooruitbetaling verschuldigd • payable in advanceiemand iets verschuldigd zijn • be under an obligation/indebted to someone, owe someone somethingrekenschap verschuldigd zijn aan • be accountable todat is hij aan zijn naam verschuldigd • he owes it to himself -
12 verschuldigd
1 [die, dat men schuldig is] dû/due2 [waartoe men verplicht is] obligé♦voorbeelden:de jongen was zijn voogd veel verschuldigd • le garçon devait beaucoup à son tuteur -
13 dat is hij aan zijn naam verschuldigd
dat is hij aan zijn naam verschuldigdDeens-Russisch woordenboek > dat is hij aan zijn naam verschuldigd
-
14 de jongen was zijn voogd veel verschuldigd
de jongen was zijn voogd veel verschuldigdDeens-Russisch woordenboek > de jongen was zijn voogd veel verschuldigd
-
15 dat is hij aan zijn naam verschuldigd
dat is hij aan zijn naam verschuldigdVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat is hij aan zijn naam verschuldigd
-
16 eerbied
1 respect ⇒ 〈 achting〉 esteem, regard, 〈 diepe eerbied〉 reverence, 〈 diepe eerbied〉 veneration, 〈 diepe eerbied〉 worship♦voorbeelden:eerbied betonen/betuigen/bewijzen aan • show respect for/toward(s)iemand eerbied verschuldigd zijn • owe someone respectuit eerbied voor het leven • out of/in respect for lifeuit eerbied voor zijn leeftijd • out of consideration for his age -
17 быть многим обязанным
vgener. (кому-л.) (iem.) veel verschuldigd zijn -
18 danken
1 [bedanken] remercier (qn. pour, de qc.)2 [+ aan][verschuldigd zijn] devoir à♦voorbeelden:niet(s) te danken • il n'y a pas de quoiik dank voor die zware taak • cette corvée ne me dit rien. Non merci! -
19 dank
1 thanks, gratitude♦voorbeelden:tegen wil en dank • unwillingGod dank brengen • give thanks to Godiemand (grote) dank verschuldigd zijn • owe many thanks to someoneduizendmaal dank • thanks a millioniets in dank aannemen/aanvaarden • accept something with thanks/gratitudeiemand iets niet in dank afnemen • not thank someone for somethinggeen dank • you're welcomeals dank voor alle goede zorgen • by way of thanks for all you've donestank voor dank krijgen • get not so much as a word of thanks for one's pains -
20 danken
1 [bedanken] thank♦voorbeelden:1 ja graag, dank je • yes, please, thank younee, dank je • no, thanksdank u zeer/wel • thank you very much, many thanksniet(s) te danken • not at all, you're welcomewaar heb ik dit aan te danken? • what have I done to deserve this?1 [afslaan] decline (with thanks)♦voorbeelden:1 dank je feestelijk! • thanks a lot/bundle!daar dank ik (liever) voor • I'd rather not, thank you2 heb je al gedankt? • have you said grace yet?
- 1
- 2